Jan en Mien camperen naar de Noord Kaap

Door Mien Verkuijlen

Vandaag 24 juni, een bijzondere dag omdat Mark en Karen jarig zijn. Wij zijn nu 20 dagen onderweg. We hebben 6 landen doorkruist. Nederland, Duitsland, Denemarken, Zweden, Finland en nu Noorwegen. We hebben 5600 km gereden. Gemiddeld is dit 280 km. per dag dus dat valt nog mee. Het weer is wisselend geweest, in de eerste vier landen hebben we overwegend goed weer gehad. Matig tot warm. Het hemdje en de korte broek zijn uit de kast geweest. In St. Jacobslev aan de Russische grens waaide het ’s nachts verschrikkelijk maar de volgende dag was het toch weer mooi weer.

Op de Noordkaap was het de eerste dag Siberisch koud. Wel zon maar een ijzige wind. De tweede dag was het prachtig weer maar het ging tegen de avond regenen. De derde dag was het ’s morgens verschrikkelijk mistig. De mist verdween snel en kon je in je t-shirt rondlopen. Dus het wisselt van dag tot dag.

We hebben nu sinds 15 dagen geen duisternis meer gezien. Sinds we de poolcircel zijn gepasseerd wordt het geen nacht meer. Jammer genoeg hebben we de middernachtzon nog maar een paar keer mogen zien. In St. Jacobslev was het prachtig licht. Op de Noordkaap kwam de zon op het moment suprème tevoorschijn! Dat maakt maar 10% van de Noordkaapbezoekers mee. De rest moet het doen met bewolking regen of mist. We vonden de middernachtzon geweldig. Het was niet ons enige doel maar hadden er wel heel erg op gehoopt. Verschillende avonden hebben we mooie zonsondergang gehad maar de zon zelf laat zich ’s avonds niet gemakkelijk zien.

De reis is geweldig, prachtige bergen, fjorden en meren. Achter elke bocht van de weg ligt een verassing. Elke keer sta je verwonderd over deze prachtige landschappen. Ik heb honderden foto’s gemaakt want elke keer weer denk ik dat moet ik vastleggen voor thuis. Hoe mooi de foto’s ook kunnen zijn, het is onmogelijk om weer te geven wat je in werkelijkheid ziet. Behalve de prachtige natuur hebben we nog veel bijzondere dingen gezien. In Narvik zijn we met de kabelbaan omhoog gegaan zodat je over de hele stad en omgeving een prachtig uitzicht hebt. In Stockholm hebben we een rondvaartboot met gids gehad. Op de keerkring hebben we gezien waar de Kerstman woont. In Finland zijn we op een rendierfokkerij geweest waarvan de eigenaar een Nederlander is. Helaas was hij gewoon werken in de stad en van de rendieren hebben we er maar paar gezien. We hebben wel een mooie wandeling gemaakt door het park. In Alta hebben we een museum bezocht waar buiten op de rotsen tekeningen staan van 6000 voor Christus. Vannacht waren we op het bovenste eiland van Vesteralen (Lofoten). Hier kun je op walvisvaart maar dat hebben we niet gedaan. We hebben al verschillende gletsjers gezien maar we zijn er nog niet bij geweest. Er ligt nog behoorlijk wat sneeuw op de bergen.

We verbazen ons er telkens weer over dat hier nergens geen zwerfvuil ligt. Zelfs op plekken waar veel mensen komen en soms helemaal geen vuilnisbak staat zul je maar zelden troep vinden. Dit in tegenstelling met de rommel die men overal bij de huizen ziet. Oude roestige auto’s, kapotte schuurtjes, landbouwwerktuigen, bootjes, hout, ijzer, alles ligt buiten. Een tuin kennen de mensen hier niet. Er groeien wat wilde bloemen en wat gras rondom het huis en dat is het dan wel. Dit heeft natuurlijk te maken met het feit dat de meeste tijd van het jaar alles onder de sneeuw verdwijnt. Ook blijft het je verwonderen hoe ver mensen uit elkaar wonen en hoever ze soms van de bewoonde wereld afwonen. Soms moeten ze 130 km. rijden om bij een winkel te komen. Die afstand hebben wij ook gereden en op al die kilometers kwamen wij 21 personenauto’s tegen en 2 vrachtwagens.

Meestal overnachten we zomaar ergens op een mooi plekje wat we tegen komen. We zijn ’n paar keer op een camping geweest voor het nodige onderhoud aan mens en camper. Voor ons zijn hier winkels voldoende dus komen we niets te kort. Wel moeten we zorgen dat we bijtijds diesel tanken want soms duurt het wat langer dan je denkt voordat je weer ’n pomp tegenkomt.

We zullen straks weer moeten wennen aan ons platte landje.